Knack gaat nog tot het eind van dit schooljaar op zoek naar de mooiste, opvallendste of inspirerendste speelplaats van Vlaanderen. De vijfde finalist is Vrije Basisschool Sint-Paulus in Kortrijk.
Bomen, moestuinen, speel- en klimtoestellen, een zandbak, een weerstation, bijenkasten, picknicktafels en allerlei verborgen plekjes. Op de klimaatspeelplaats van VBS Sint-Paulus in Kortrijk kunnen leerlingen naar hartenlust ravotten, maar ook tot rust komen. ‘De school is erin geslaagd om de betonnen vlakte die de speelplaats vroeger was in een paar jaar tijd om te toveren tot een ecologische speel- en leerplek’, klinkt het bij de jury van Knack. ‘We vinden het heel positief dat zowel de leerlingen als hun ouders zo veel mogelijk bij die ontwikkeling werden en worden betrokken.’ Sint-Paulus krijgt van de jury ook de prijs voor de meest enthousiaste deelnemer: liefst veertien leerkrachten en ouders stuurden een e-mail om de school aan te melden.
Op de speelplaats spelen de kleuters en de kinderen van de lagere school meestal samen. De oudste leerlingen zorgen dan voor de jongsten. ‘Dat loopt heel goed doordat iedereen zijn eigen plek heeft’, legt plaatsvervangend directeur Veerle Naert uit. ‘Er is een zone waar gevoetbald wordt en verderop staan de klimtoestellen waarop kinderen zich kunnen uitleven, maar er zijn ook rustige hoekjes waar ze zich even kunnen terugtrekken als ze geen zin hebben in drukte. Daardoor is er nu ook veel minder ruzie. Wel worden kinderen hier snel vuil, maar dat vinden hun ouders heel normaal.’ De lievelingsplek van de directeur is wat ze in Sint-Paulus ‘het mollengat’ noemen: een soort tunnel met daarbovenop een uitkijktoren. ‘Ik begrijp heel goed waarom de leerlingen het zo leuk vinden om zich daarin te verstoppen’, zegt ze.
De klimaatspeelplaats is niet alleen prikkelend voor de leerlingen, maar ook goed voor de natuur en de biodiversiteit. Elke druppel water die op de speelplaats valt, wordt in een infiltratiebekken onder het voetbalveld opgevangen en gebruikt voor het doorspoelen van de toiletten. Verder staan er vooral inheemse planten die onder meer vogels, vlinders en bijen aantrekken. ‘Overal hangen vogelkastjes die de leerlingen van het zesde leerjaar hebben gemaakt’, legt Naert uit. ‘In sommige hebben we cameraatjes geïnstalleerd zodat de kinderen in de klas kunnen volgen wat daarbinnen gebeurt.’
Op de speelplaats staan ook zes bijenkasten, die worden beheerd door twee vaders van leerlingen. In de wijde omgeving van de school hebben ze nog veertien andere kasten gezet. In totaal wonen er twintig miljoen bijen in. Die zijn elk jaar goed voor zo’n tweehonderd kilo honing. De opbrengst gaat naar de school. ‘Ook daar proberen we de leerlingen zo veel mogelijk bij te betrekken’, zegt Naert. ‘Zo helpen ze soms om de honing uit de ramen van de bijenkasten te slingeren.’
Het weerstation, dat op het dak van een van de kleuterklassen staat, registreert ondertussen de luchtdruk, de windkracht en de hoeveelheid regen die valt. Leerkrachten kunnen daar dan mee aan de slag in de lessen wereldoriëntatie. ‘Zo lopen spelen en leren hier de hele tijd door elkaar’, zegt Naert. ‘Niet alleen de leerlingen en leerkrachten worden daar beter van, maar ook de natuur.’
Bron: Knack (02.05.2023)